Behoeftenonderzoek sport en recreatie | Inclusieve buitenruimte

Mulier Instituut en Bureau Ruimte & Vrije Tijd hebben behoeften van onze inwoners op het gebied van sport en recreatie in kaart gebracht (mei 2020). Daarbij zijn ook de groepen meegenomen die mogelijk ondervertegenwoordigd zijn of specifieke wensen hebben: ouderen, mensen met een lichamelijke beperking, mensen met een chronische aandoening, mensen met een lage sociaaleconomische status (SES), mensen met een niet-westerse achtergrond en mensen uit de LHBTI-groep (lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen, transgender- en interseks personen). Verder is er ook kwalitatief onderzoek gedaan naar sport -en recreatiebehoeften en -gedrag van kinderen.

Het volledige rapport vind je op het Digitaal Kennisplatform

Deelname aan sport en recreatie

Van al onze volwassen inwoners beoefent 56 procent wel eens sport en doet 84 procent aan actieve buitenactiviteiten, waarbij wandelen en fietsen het meest worden beoefend.

Voorzieningen

De meest gebruikte recreatieve voorzieningen zijn routestructuren, rustplekken en horeca. Voor sporten in de publieke ruimte zijn vooral de routestructuren van belang. Ook is er veel behoefte aan groen (natuur- en recreatiegebieden en parken) om in te recreëren. Ook zwemmen en varen zijn populair. Voor binnensport zijn vooral zwembaden, fitnesscentra en sporthallen van belang. De tevredenheid over de kwaliteit van de gebruikte voorzieningen voor zowel sport als recreatie is hoog en voor sport hoger dan voor buitenrecreatie. Onze inwoners zien nog veel verbetermogelijkheden op het vlak van beschikbaarheid, beleving, bereikbaarheid, betaalbaarheid en bekendheid (de 5 B’s van destinatiemarketing) en veiligheid. Betere bekendheid en bebording van ons recreatief routenetwerk voor wandelen, fietsen en varen vormt hier een belangrijk onderdeel van.

Sport- en recreatieprofiel zes onderscheiden groepen

Er zijn op hoofdlijnen vooral veel overeenkomsten in hun behoeften aan sport en recreatie. Bijna al deze groepen doen aan actieve buitenrecreatie zoals wandelen en fietsen, met rustige recreatie op plek twee. Groenbezoek (natuur- en recreatiegebieden) staat voor ouderen en mensen met een chronische aandoening en een lage SES op de derde plek. Sporten staat bij mensen met een lichamelijke beperking, niet-westerse achtergrond en LHBTI-groep op de derde plek. Sporten en bewegen doen onze bewoners en al deze groepen het liefst op een sociale en recreatieve manier in de openbare ruimte of in een fitnesscentrum.

Vertaling behoeftenonderzoek naar sport- en recreatiebeleid

  1. Onze inwoners hebben bij sport en recreatie in de buitenlucht vooral behoefte aan (bewegwijzerde) routes (ook via apps) en horeca en andere voorzieningen. Dit geldt met name voor wandelen, fietsen en varen. Bij gemiste voorzieningen scoren groen (recreatie- en natuurgebieden en parken), routes en zitgelegenheid hoog. Ook is er behoefte aan bezoek van historische plekken en monumenten.
  2. Beperkte meerwaarde specifieke (doel)groepen benadering: één van de hoofdbevinden is dat er ‘Veel overeenkomsten tussen de onderscheiden zes groepen’ zijn in recreatie- en sportbehoeften. Voor alle groepen geldt dat de grootste voorkeur uitgaat naar sociale en recreatieve activiteiten in de openbare buitenruimte. Door hierop te focussen en buitenruimte te realiseren waarin zoveel mogelijk mensen (bij voorkeur iedereen) zich thuis voelen en in willen en kunnen bewegen en verblijven. De mate en wijze waaraan de onderzochte groepen invulling (kunnen) geven aan die behoeften kan echter wel variëren. Zo speelt betaalbaarheid een belangrijke rol voor mensen met een lage SES en is nabijheid voor ouderen en visueel gehandicapten van bovengemiddeld belang.
  3. De deelname aan sport en recreatie van de zes onderzochte groepen kan op de volgende wijze worden gestimuleerd:
    • Ouderen hebben vooral behoefte aan nabijheid van deze voorzieningen. Verder hebben zij bovengemiddeld behoefte aan zitgelegenheid en aan ruimere mogelijkheden om historische plekken te bezoeken.
    • Mensen met een lichamelijke beperking zijn vooral geholpen met meer rustplekken en horecavoorzieningen. Nabijheid, bereikbaarheid en betaalbaarheid spelen bij deze groep een bovengemiddeld grote rol.
    • Mensen met een chronische aandoening hebben vooral behoefte aan voorzieningen als rustplekken en toiletten. Ook nabijheid, toegankelijkheid en veiligheid spelen een bovengemiddeld grote rol.
    • Mensen met een lage sociaaleconomische status (SES) hebben vooral behoefte aan betaalbare sport- en recreatievoorzieningen.
    • Mensen met een niet-westerse achtergrond hebben bovengemiddeld behoefte aan de nabijheid van voorzieningen als sporthallen, stadsstranden en attracties voor kinderen. Ook hebben zij bovengemiddeld behoefte aan horeca en zwemplekken.
    • De LHBTI-groep neemt bovengemiddeld deel aan sport en recreatie en heeft vooral behoefte aan golfbanen, sporthallen, fitnesscentra en zwemplekken.