Fietsstallingen en P+R-locaties

Zuid-Holland heeft de ambitie de best bereikbare provincie te zijn. Dit kan onder meer bereikt worden door een betere ketenmobiliteit. Voldoende voorzieningen als fietsstallingsplaatsen en P+R-plaatsen bij OV-haltes zijn hiervoor noodzakelijk. De bezettingsgraad van de fietsstallingsplaatsen ligt in april 2019 op 76,0%. Bij de P+R-plaatsen komt de bezettingsgraad uit op 78,6%.

​​​​​​​​​​​​De provincie Zuid-Holland beschikt over capaciteitscijfers en bezettingcijfers van fietsenstallingplaatsen en P+R-locaties bij de NS stations buiten de Metropoolregio Rotterdam – Den Haag (MRDH) en daarnaast van 2 grotere busstations, 1 transferium en 1 halte van de waterbus in Zuid-Holland.

Capaciteit en gebruik fietsenstallingen

Uit de tellingen blijkt dat de capaciteit van het aantal fietsen in de periode april 2015 tot april 2019 met 6,9% is toegenomen. Het aantal fietsen dat in deze periode gestald is, is tevens met 10,1% toegenomen. De bezettingsgraad voor de maand april is vrij constant gebleven met ongeveer 76%. Belangrijke notitie hierbij is dat de bezettingspercentages in het voorjaar lager liggen dan in het najaar. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat in de winter of het voorjaar, zeker als april nog koud en nat is, minder gebruik gemaakt wordt van de fiets als (voor)transportmiddel. Bij de meest recente telling van april 2019 waren de weersomstandigheden warm voor die periode in het jaar. De temperatuur lag tussen de 15-20 graden. Dit is mogelijk een verklaring voor de hogere bezetting bij deze telling. In het eerste tabblad is het totaal aantal getelde fietsenstallingsplaatsen (capaciteit) en het totaal aantal getelde bezette plaatsen (bezetting) in de periode 2008-2019 weergegeven. De capaciteit van het aantal fietsstallingsplaatsen kwam in april 2019 uit op 33.500 plaatsen, waarin 25.480 fietsen op de correcte wijze waren gestald.
Op sommige stations is de capaciteit ook opgeschroefd. Zowel Dordrecht-Zuid als Gorinchem hebben in tegenstelling tot september 2018 meer mogelijkheden tot het stallen van de fiets. Bij de telling van april 2019 bleken er 3.450 fietsen niet correct gestald. Deze fietsen staan wel direct in de buurt van een fietsenstalling. Het aantal niet correct gestalde fietsen fluctueert sterk naarmate er meer of minder wordt toegezien op het correct stallen. Een groot aantal niet correct gestalde fietsen kan op een capaciteitsprobleem duiden. Daarnaast is het vaak een mentaliteitskwestie; er is voldoende capaciteit, maar de mensen vinden het teveel moeite om de fiets correct te stallen (open plekken zijn verder van het station gelegen of alleen de bovenstallingen zijn vrij).
Naast een toename van het aantal gestalde fietsen is er ook een stijging te zien in het aantal gestalde brommers en scooters. In de periode 2015-2019 is dit in totaal bij alle stations toegenomen van 495 naar 770.

Capaciteit en gebruik van P+R-locaties

Naast de fietsenstallingen wordt ook de capaciteit en bezetting van P+R-plaatsen geïnventariseerd. P+R staat voor Parkeer en Reis locatie. Het betreft parkeerterreinen bij OV-knooppunten waar reizigers de auto kunnen parkeren om vervolgens de reis met het Openbaar Vervoer voort te zetten.In het tweede tabblad is de ontwikkeling van de bezettingsgraad van de P+R-locaties bij 21 treinstations, 2 grotere busstations, 1 transferium en 1 halte van de waterbus in beeld gebracht. De P+R-locaties bij OV-knooppunten in de MRDH zijn ook hier niet opgenomen. In april 2019 lag de bezettingsgraad met 78,6% hoger dan in april 2015 (63,7%).
De capaciteit van het aantal parkeerplaatsen lag in april 2019 op 3.070 plekken, terwijl de bezetting op 2.410 plekken uitkwam. Door de herinrichting van het P+R-terrein bij station Sassenheim is de capaciteit daar fors toegenomen. Alleen al op dit station zijn de afgelopen jaren 200 nieuwe parkeerplaatsen gecreëerd. Op het Transferium Leidse Schouw is het aantal P+R plaatsen sinds de telling van september 2018 gereduceerd. De tabbladen drie en vier bevatten de gegevens voor de afzonderlijke stations.